Vandaag hebben we bezoek van Lobo. Lobo is de hond van mijn zoon Daniël.
Hij is helemaal wit, behalve zijn ogen, daar heeft de natuur zelf mascara op gesmeerd. Mooi hè?
Jammer genoeg kunnen Lobo en Roos niet in één ruimte samen zijn. Wat er dan zou gebeuren? We hebben het nooit uitgeprobeerd, maar als ik Lobo’s opgetrokken lip zie en zijn gegrom hoor, weet ik genoeg.
Soms smst Daniël van tevoren dat hij eraan komt, zodat ik Roos in veiligheid kan brengen op mijn slaapkamer, met etensbakjes en al.
Maar soms staan de jongens zomaar voor de deur. Dan moeten we verstoppertje spelen, want het is onmogelijk om met Roos op de arm langs Lobo te komen. Niet dat Lobo Roos dan meteen in kleine stukjes bijt, zo gevaarlijk is hij nou ook weer niet, maar Roos zou wel een hartverlamming krijgen van schrik.
Tegenwoordig hebben we het volgende aanvalsplan: Daniël en Lobo sluiten zich direct na binnenkomst op in de wc. Deur op slot! Daarna ga ik Roos zoeken: in de prullenbak, onder de bank of tussen de planten achter de vijver. Ik neem hem op de arm en breng hem naar boven. Inmiddels begrijpt hij dan al hoe laat het is en klauwt zich – au, au – aan mij vast. Zodra Roos veilig en wel op mijn bed ligt, slaapkamerdeur goed dicht (!) mogen Daniël en Lobo tevoorschijn komen.
Als Daniël en Lobo blijven slapen, treedt er een nieuw plan in werking. Eerst gaan zij naar boven, naar Daniëls kamer. De deur ... precies! ... goed op slot. Daarna bevrijd ik Roos uit de slaapkamer. Roos ruikt natuurlijk dat Lobo nog in huis is en klampt zich weer – au, au - aan mij vast. Echt, je kunt aan de krassen op mijn armen zien dat Lobo weer geweest is. Pas als we samen het hele huis hebben geïnspecteerd en Roos zeker weet dat Lobo zich nergens verdekt heeft opgesteld, is hij bereid mijn armen te verlaten.
Pfff… Soms voel ik me als de man die een wolf, een geit en een kool naar de overkant van de rivier moet brengen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten